Succesvol veranderen met het model van Ersösz

Veranderingen doorvoeren binnen je team of organisatie is soms lastig. Het model van Ersösz laat zien wat je nodig hebt voor een succesvol verandertraject. En wanneer jouw verbeterproces vastloopt, helpt het model van Ersösz je bij het vinden van de oorzaak.

Wat is het model van Ersösz?

Het model van Ersösz is een schema. Hierin staan 5 factoren die je nodig hebt om succesvol te veranderen: visie, vaardigheden, prikkels, middelen en een plan van aanpak. Als 1 van deze factoren ontbreekt, verloopt je verbeterproces niet soepel.

 

Hoe gebruik je het model van Ersösz?

Bekijk het model van Ersösz en controleer of je verbeterproces aan alle factoren voldoet. Is dat het geval? Dan is de kans groot dat je project zal slagen! Loopt je verbeterproces niet zo lekker? Dan kijk je met het model van Ersösz welke factoren ontbreken. Afhankelijk van de situatie kun je dit alleen doen of samen met je collega’s.

Waarom is het model van Ersösz een handig hulpmiddel?

Met het model van Ersösz voorkom je dat je verandertraject vastloopt. Je kunt zien waar eventuele problemen in jouw verbeterproces vandaan komen. En als je weet waar het misgaat, kun je daar iets aan doen! Zo kunnen jij en je team succesvol veranderingen doorvoeren.

Uitleg bij de 5 factoren van het model van Ersösz

Voor een succesvolle verandering heb je 5 factoren nodig: visie, vaardigheden, prikkels, middelen, en een plan van aanpak. Als 1 van deze factoren ontbreekt komt je project niet op gang, of ontstaat er verwarring, onzekerheid, weerstand of frustratie in je team. We geven uitleg bij de 5 factoren:

Visie

Een duidelijke visie voorkomt verwarring. Wat wil jij, of de organisatie waarvoor je werkt, bereiken met het verbeterproces? Is het verbeterproces misschien onderdeel van een groter doel? Waarom willen jullie deze verandering doorvoeren? Als jij en je collega’s goed weten waarom jullie iets doen, kunnen jullie gericht werken aan verandering.

Vaardigheden

Goede scholing voorkomt onzekerheid. Hebben jij en je team voldoende vaardigheden om alle veranderingen door te voeren? Kunnen jullie de benodigde methoden (bijvoorbeeld effectieve interventies uit richtlijnen) toepassen? Of hebben jullie extra scholing nodig om nieuwe vaardigheden onder de knie te krijgen? Als jij en je team twijfelen aan jullie vaardigheden, werkt dat niet prettig. Met de juiste scholing voorkom je dit.

Prikkels

Het geven van voldoende prikkels voorkomt weerstand. Houd iedereen daarom op de hoogte van voorlopige resultaten tijdens je verandertraject. Geef je teamleden feedback als zij bijvoorbeeld veel metingen en registraties doen. Vertel wat het resultaat is van de metingen, zo prikkel je hen om ermee door te gaan. Laat je niets horen, dan is er een grote kans dat je collega’s weerstand krijgen tegen de metingen. Ze zien er het nut niet meer van in en stoppen ermee. Met voldoende prikkels houd je iedereen gemotiveerd!

Middelen

Met voldoende middelen voorkom je frustratie. Voor elk verbeterproces zijn middelen nodig, zoals financiële middelen (geld) en tijd voor het bedenken en uitvoeren van de verbeteractiviteiten. Ontbreken deze middelen, dan raken jij en je team gefrustreerd; ook al zijn jullie enorm enthousiast over het verbeterproces. Controleer daarom van tevoren of er voldoende middelen beschikbaar zijn voor de uitvoering van je project.

Plan van aanpak

Een duidelijk plan van aanpak voorkomt een valse start. Maak een plan van aanpak waarin staat wat er moet gebeuren, wie welke taken uitvoert, en wanneer alles wordt uitgevoerd. Als je de taakverdeling niet goed uitwerkt, moet je team opnieuw afspreken wie, wat, wanneer doet. Dat kost extra tijd en veroorzaakt chaos in je team. Met een goed plan van aanpak kunnen jullie direct aan de slag! De acties uit je plan van aanpak kun je overzichtelijk noteren op het AktieBlok.