Integrale aanpak

Tijdens het project wordt een nieuwe aanpak uitgeprobeerd. Dertig koppels in de omgeving Capelle en Krimpen aan den IJssel worden benaderd. Deze koppels bestaan steeds uit een persoon met dementie en hun naaste. Ook wordt een zorgprofessional bij dit koppel betrokken. Vervolgens gaat een casemanager met hen in gesprek. Samen bekijken ze wat de behoeftes van het koppel zijn. Hierop overlegt een team van praktijkwerkers, onderzoekers, docenten, studenten, en belangenbehartigers van de mensen met dementie, over de beste interventies en oplossingen voor het koppel. Het is de bedoeling dat door het inzetten van passende aanpak de fysieke en mentale mogelijkheden van de deelnemende koppels worden behouden of zelfs verbeterd. De koppels kiezen vervolgens  samen met de casemanager de oplossingen die zij willen gaan proberen. Na afloop van de interventie wordt met het koppel geëvalueerd in hoeverre de doelen bereikt zijn.

Doel

Het doel van VitaDem is ervoor zorgen dat mensen met dementie langer op een prettige manier thuis kunnen blijven wonen. Daarnaast is het belangrijk dat de mantelzorger langer voor de persoon met dementie kan zorgen, zonder overbelast te raken. Dit wordt gedaan door het behouden en verbeteren van vitaliteit, zelfredzaamheid en sociale inclusie.

Kernelementen

  • Focus op de persoon met dementie én de mantelzorger;
  • Aansluiten op de behoeften van de persoon met dementie en de mantelzorger;
  • Multidisciplinair zoeken naar de juiste benadering die aansluit bij die behoeften;
  • Interventies aanpassen aan de behoeften en mogelijkheden van het koppel;
  • Nadrukkelijk de omgeving en wijk betrekken bij de interventies. Zo wordt sociale inclusie bevorderd;
  • Nauwe samenwerking tussen het koppel, zorgprofessionals, vrijwilligers en gemeenten;
  • Een actieve rol van de mantelzorger en de persoon met dementie.

Betrokken professionals

De betrokken professionals kunnen grofweg in drie categorieën worden verdeeld. Dat zijn:

  • Kernteam: casemanager (coördinator), ergotherapeut, fysiotherapeut;
  • Zorgprofessionals incidenteel: welzijnswerker, huisarts, psycholoog, ouderenadviseur, thuiszorg, etcetera;
  • Niet-zorgprofessionals betrokken bij case-conference: docenten, onderzoekers, studenten, cliëntvertegenwoordiger.

Stappenplan VitaDem-aanpak

De stappen die worden gezet bij de nieuwe VitaDem-aanpak kan je verdelen in zes onderdelen:

  • Stap 1: Behoefteanalyse bij het koppel door de casemanager
    De casemanager voert met elk koppel een uitgebreid gesprek. Hij of zij vraagt naar de wensen, behoeften en gewoonten van het koppel, en hoe ze tegen hulp en ondersteuning aankijken. De casemanager vraagt ook hoe het koppel de wijk en woning ervaart, en of er dingen zijn die het uitvoeren van dagelijkse activiteiten in of buiten het huis moeilijk maken. Zo brengen we in kaart wat elk koppel nodig heeft en hoe we dat kunnen verbeteren.
  • Stap 2: Doelen stellen door het koppel met de casemanager
  • Stap 3: Case conference om te komen tot een interventie advies
  • Een team van praktijkwerkers, onderzoekers, docenten, studenten en belangenbehartigers van mensen met dementie denkt mee en doet suggesties in een case conference. Uiteindelijk beslist het koppel zelf voor welke oplossingen ze kiezen.
  • Stap 4: Bespreken van het interventie advies met het koppel door de casemanager
  • Stap 5: Starten van gekozen interventies
  • Stap 6: Evaluatie met het koppel m.b.t. het behalen van doelen

Interventies

Bij interventies die worden voorgesteld kun je aan van alles denken. Een wandeling met een student door de buurt om te kijken welke obstakels er in de omgeving zijn is bijvoorbeeld een mogelijkheid. Ook worden soms technische hulpmiddelen voorgesteld. Praktische voorbeelden van toegepaste interventies zijn:

  • Ergotherapie voor de persoon met dementie en mantelzorgers aan huis (Edomah) ter bevordering van zijn of haar zelfredzaamheid;
  • Functionele training voor mantelzorgers ter bevordering van zijn of haar eigen vitaliteit;
  • Uitbreiding van het sociale netwerk ten behoeve van sociale contacten, activiteiten binnen- en buitenshuis en praktische hulp;
  • Het tot stand brengen van een dementievriendelijke omgeving.