‘Wat heeft u een mooie outfit aan!’ Twee sprankelende dames verwelkomen alle bezoekers van de tiende Van Kleef Lezing met een welgemeend compliment. En niet zonder resultaat: met een brede lach op het gezicht meldt iedereen zich bij de inschrijfbalie in het Zuidpleintheater.
Persoonlijke aandacht
Mensen een goed gevoel geven door middel van persoonlijke aandacht is waar het om draait tijdens deze positiefste middag van het jaar. De workshop complimenten geven, de inspiratiemarkt en de afsluitende lezing van Jan Walburg over positieve gezondheid en verpleegkunde staan allemaal in het teken van geluk en bloei, voor cliënt én zorgprofessional.
‘Aan positieve psychologie kleeft een beetje het imago dat je verplicht positief moet zijn en dat het alleen maar gaat om geluk. Als dat zo is, dan ben ik snel uitgepraat.’ Maar Jan Walburg, bijzonder hoogleraar positieve psychologie aan de Universiteit Twente, vertelt deze middag uitgebreid over positieve psychologie en positieve gezondheid en wat deze kunnen betekenen voor de verpleegkunde. Zijn uitgangspunt is dat mensen niet worden gedreven door geluk, maar door hun behoefte aan ontwikkeling en bloei. Walburg: ‘Waarom zitten jullie hier? Waarschijnlijk omdat jullie denken dat jullie wat kunnen opsteken van mijn verhaal en er iets aan hebben in jullie werk.’
Bloei en welbevinden
Bloei is de ontwikkeling van je fysieke en mentale vermogens, zoals leervaardigheid, creativiteit, emotionele intelligentie, sociale vaardigheden en veerkracht. Welbevinden is het gevoel dat je tevreden bent over je leven. Volgens Walburg hangen deze twee sterk met elkaar samen. Uit onderzoek van Barbara Fredrickson naar het nut van positieve gevoelens, blijkt dat positieve emoties het probleemoplossend vermogen van mensen stimuleren en een belangrijke bouwsteen zijn voor de mentale conditie. Walburg: ‘Als je kijkt naar mensen die positief in het leven staan, mensen die wel wat tegenslagen hebben maar toch zeggen dat ze over het algemeen gelukkig zijn, zie je allerlei positieve relaties. Ze zijn vaak productiever op hun werk, hebben meer sociale relaties, een betere gezondheid en meer zelfwaardering en creativiteit. Dus welbevinden en bloei zouden weleens twee kanten kunnen zijn van dezelfde medaille. Ontwikkelen kan op zich al een positief gevoel geven, een begin van een gevoel van welbevinden en geluk. Dat zou kunnen verklaren waarom mensen voortdurend bezig zijn met hun ontwikkeling en waarom kinderen een natuurlijke behoefte hebben aan leren en ontwikkelen.’
Doel van positieve psychologie
Voor welbevinden en bloei zijn verschillende factoren van belang: het hebben van een duidelijk toekomstperspectief, optimistisch en positief denken (het besef dat er een relatie is tussen jouw gedrag en het realiseren van je doelen), genieten van de kleine dingen in het leven, interactie met anderen, een gezonde leefstijl en het delen van geluk (zie afbeelding Welbevinden en bloei). Walburg stelt dat ieder mens in zijn leven een bepaald basisniveau van welbevinden heeft, dat wordt bepaald door een combinatie van erfelijke factoren, omstandigheden en eigen gedrag. Walburg: ‘Als je de juiste keuzes maakt, dan kun je het niveau van welbevinden dat je gegeven is door erfelijkheid wat opkrikken. En als je verkeerde beslissingen neemt, heb je een leven waar minder welbevinden in zit. Het doel van positieve psychologie is om de gemiddelde lijn van welbevinden omhoog te brengen door een ondersteunende omgeving te creëren, bijvoorbeeld op school en op het werk, zodat mensen meer tot bloei kunnen komen dan ze eigenlijk gegeven is.’ (Zie het voorbeeld van mogelijke ontwikkeling van bloei in de levensloop.)
Gezondheid als een normale verdeling
Gezondheidsbeleid in de huidige maatschappij is echter nog niet gericht op ontwikkeling en bloei. Walburg geeft de gezondheid in de bevolking weer in een normale verdeling (zie afbeelding Populatie aanpak gezondheid) : ‘Een paar mensen ervaren ernstige beperkingen in hun gezondheid, een paar floreren en de rest zit ertussenin. Als het ons zou lukken om de gemiddelde gezondheid een klein beetje te verbeteren, dan zie je dat het aantal mensen met een ernstige beperking veel kleiner wordt, en het aantal mensen dat floreert veel groter. Dus een hele kleine verschuiving in de gezondheid van de bevolking kan een groot effect hebben.’ Om dit te kunnen bereiken moet er volgens Walburg veel meer worden geïnvesteerd in het gezond houden van de populatie. Maar op dit moment is gezondheidsbeleid hoofdzakelijk gericht op het behandelen van ziekten.
Je kunt het hele verslag van de lezing downloaden.