‘Het begint bij oprecht contact. Soms door de brievenbus.’
In de wijk neemt het aantal mensen met psychiatrische problemen toe. Hoe ga je als verpleegkundige of verzorgende om met deze cliënten? Wat doe je bij vervuiling, bij zorgmijding of agressie? Hoe en wanneer werk je hierin samen met netwerkpartners en experts? Experts van de GGD, GGZ én wijkverpleging gaven tijdens de conferentie antwoord vanuit hun eigen expertise.
Psychiatrie in de wijk. Komt het vaak voor?
Het is de derde keer dat het Van Kleef Instituut deze conferentie organiseert. Psychiatrie is blijkbaar een hot item. Dagvoorzitter Wendelien Wouters wil weten hoe hot. ‘Wie heeft er sinds de zomervakantie te maken gehad met psychiatrische cliënten?’ Zeker twintig handen gaan omhoog. ‘Met geweld?’ Twee reacties. ‘Vervuilde situaties?’ Eén reactie. ‘Zorgmijders?’ Ook weer een reactie. De zaal wordt er stil van. Tot Wendelien vraagt: ‘Als jullie dit hadden geweten, had je dan een ander beroep gekozen?’ Verbaasde blikken zeggen genoeg, maar er klinkt ook een overduidelijke ‘nee’ uit de zaal. ‘Want, hoezo? Dit is het mooiste beroep dat er is.’

Hoe ga je om met mensen die geen zorg willen?
De conferentiemiddag begint over zorgmijding. Welk gedrag past daarbij? Hoe kunnen we zorgmijders bereiken? Wat kunnen we doen? Wijkverpleegkundige Pauline Arts leest ter inspiratie een blog voor over een vrouw die wel de deur opendoet, maar lange tijd geen zorg wil. Tot het huis ineens toch te vuil wordt. Pauline geeft met haar verhaal twee tips:
• Vraag door, zonder oordeel: waarom wil mevrouw eigenlijk geen hulp? In dit geval past de realiteit, namelijk dat ze zorg nodig heeft, niet bij het zelfstandige, verzorgde beeld dat zij van zichzelf heeft.
• Laat iemand zelf de regie houden. Deze mevrouw wil zo lang mogelijk zelfstandig thuis wonen. Vanuit die wens kun je samen met haar invulling geven aan de zorg en hulp die daarvoor nodig is.
>> Lees de blog ‘Als zorg gemeden wordt’ van wijkverpleegkundige Pauline Arts
En wat als iemand je echt niet binnenlaat?
Bij de tweede casus over zorgmijding zit de deur letterlijk dicht. Huisarts, politie, brandweer, iedereen doet los van elkaar een poging om binnen te komen. De buren hadden namelijk gemeld dat de post bleef liggen. Zij maakten zich zorgen. Maar zorgmijder Patricia, gespeeld door een van de acteurs van Ervarea, laat niemand binnen. Ze vindt dat ze zelf dingen moet oplossen, schaamt zich misschien ook een beetje. Uiteindelijk lukt het Karin, haar spv’er (die ook door een acteur gespeeld wordt), contact te maken via de brievenbus. Gewoon een praatje, van 5 minuten, met één iemand. Stapje voor stapje werd een gesprek mogelijk.
Ragna Keller van GGD Rotterdam heeft een praktische tip om ‘binnen te komen’:
‘Verdiep je in de doelgroep. Meestal zijn het oudere of verwarde mensen die niet zomaar iemand binnenlaten. Dat mag ook niet van André van Duin. In Rotterdam hangt hij overal op posters met de leus: ‘Laat niemand binnen, wat ze ook verzinnen’. Dus schrijf netjes een brief, vertel wie je bent en wat je komt doen. Bedenk ook zelf wat jij nodig zou hebben om iemand binnen te laten.’
Hoe ga je om met vervuilde situaties?
En dan een ander probleem: je mag wel binnenkomen voor de zorg, maar het is ontzettend vies. Wanneer trek je aan de bel? Vervuiling, vinden Ragna Keller en Hanne Verdouw van GGD Rotterdam, is vaak een symptoom van onderliggende problematiek. Daar moet het onderzoek ook over gaan. ‘Wij nemen elke melding serieus. Of een buur zich nu zorgen maakt door vliegjes in het raamkozijn of dat een verzorgende aangeeft dat zowel de hond als de cliënt in de kamer poept. We onderzoeken niet alleen de situatie, maar ook hoe de cliënt er zelf in staat. Wat is het probleem en wie heeft er last van? Bij ongedierte, stankoverlast of gevaarlijke situaties maken we sowieso een plan. Daarnaast is het belangrijk dat je als zorgverlener je werk moet kunnen doen. Is er geen schoon hoekje of is het gevaarlijk? Trek op tijd aan de bel. Modder niet te lang door, en maak jezelf geen eigenaar van een probleem dat breder gedragen moet worden.’
Kun je ook té graag voor iemand willen zorgen?
Patricia, de zorgmijder, vond het echt te veel: te veel mensen die allemaal iets van haar wilden. Ook in het verhaal van Ragna en Hanne klinkt door: voor wie is het eigenlijk een probleem? Caroline Verheijde, voormalig psychiater in de wijk in Rotterdam, en inmiddels geneesheer-directeur bij ggz-instelling Emergis, vindt het in zulke gevallen belangrijk om te weten of iemand in staat is om zelf een keuze te maken. ‘Als dat niet zo is, spreken we daarom over zorgwekkende zorgmijders. Dat zijn kwetsbare mensen, met problemen op verschillende levensgebieden die zelf geen hulpvraag hebben. Ze hebben vaak een andere kijk op de werkelijkheid en hebben door hun ziekte soms ook geen ziektebesef, zoals bij schizofrenie.’
Wanneer schakel je anderen in bij onbegrepen gedrag?
Maar waar ligt de grens van onbegrepen naar zorgwekkend gedrag? Wanneer schakel je andere specialisten in? En wie doet dat? Wijkverpleegkundige Linda de Bruijn van zorgorganisatie Careyn heeft onderzoek gedaan onder haar collega’s en geeft aan dat dat nog best lastig is. ‘Zorgverleners uit de wijkverpleging zijn te weinig geschoold in psychiatrische ziektebeelden, dus kunnen we niet altijd goed inschatten waar bepaald gedrag vandaan komt. Soms is een extra cursus nodig, soms is er intern een specialistenteam, soms zoek je contact met een ggz-instelling. Maar ik merk dat zorgverleners daar weleens te lang mee wachten. De zorgplicht gaat voor, maar je moet goed blijven kijken en vragen waar een cliënt het meest bij gebaat is, en ook je eigen grenzen hierin bewaken.’
Bij wijkverpleegkundige Pauline Arts was die grens overduidelijk bereikt toen een verslaafde zoon van een zorgbehoevende moeder haar met een naald bedreigde. ‘Ik heb de politie gebeld en we zijn vervolgens samen naar binnen gegaan om moeder zorg te geven. Daarna hebben we met verschillende partijen overlegd en als voorwaarde gesteld: pas als moeder alleen in huis is, verlenen wij de zorg. Anders gaan we weer weg. De uitdaging is wel dat iedereen in het team daar naar handelt.’

Wanneer schakel je de wet in bij psychiatrische problemen?
Psychiater Caroline Verheijde vindt dat veiligheid voor alles gaat. Zelf gaat ze ook niet alleen naar binnen als ze een crisismelding krijgt waarin iemand alles kort en klein slaat. ‘Er is ook een app voor: Veilig huisbezoek . Zo kun je nagaan of het veilig is om alleen naar binnen te gaan. Dwangmaatregelen zetten wij ook het liefst zo laat mogelijk in: we proberen bij voorkeur eerst of de zorg vrijwillig verleend kan worden, maar is er een acute noodsituatie, is het gevaarlijk doordat een cliënt een psychiatrische stoornis heeft, dan is een inbewaringstelling (IB) mogelijk. Is er meer op langere termijn sprake van verwaarlozing en psychiatrische problematiek, dan kan een wijkverpleegkundige via de huisarts een FACT-team inschakelen. Als vrijwillige zorg niet lukt, kan een beroep worden gedaan op de rechterlijke machtiging (RM). In 2020 gaan deze opties over in: Wet zorg en dwang (voor psychogeriatrische en verstandelijk beperkte mensen) en de Wet verplichte ggz (voor psychiatrische problematiek). Het voordeel van deze laatste wet is dat die meer aansluit op de familie en de patiënt, en meer mogelijkheden biedt voor ambulante zorg.’
>> Kijk voor meer informatie over de nieuwe wetgeving op de site: www.dwangindezorg.nl.
Verzameling tegelwijsheden
Tot slot van de middag bundelt Wendelien alle wijsheden en tips die iedereen op een papieren tegeltje heeft geschreven. Het leidt tot een prachtig gedicht:
Door de brievenbus
‘Mag ik met je spreken?
In de gang of door de brievenbus?’
‘Dus… spreken?’
‘Ja, niet meer dan dat.’
Een stem door of een brief in de bus.
Andrés posters soms bedreigend.
Ragna’s niet.
Regie – vertrouwen – transparant – geduld.
Regie – vertrouwen – transparant – geduld.
‘Mag ik met je spreken?’
Ik wil bouwen aan vertrouwen.
Ik wil jou regie geven.
Je zonder kranten uit 1963 laten leven.
Ik wil naast je staan.
Nee, niet te snel gaan.
Ik zie de mens achter de mijding, het gevoel van bevrijding.
Als niks moet en ik gewoon een Karin blijk voor jou.
Ik bén maar gewoon, dat is wat je vroeg.
Gewoon die vrouw door de brievenbus,
er zijn al anderen genoeg.

Wilma Jenniskens, de nieuwe officemanager van het Van Kleef Instituut:
‘Ik heb vandaag nóg meer bewondering gekregen voor al die zorgverleners die elke dag weer op pad gaan om mensen de hulp te bieden die ze nodig hebben.’
3 workshops
Na de pauze konden de deelnemers kiezen uit drie workshops:
1. Kijken door de ogen van de cliënt
2. Omgaan met vervuilde situaties
3. Omgaan met mensen die geen zorg willen
Workshop 1: Hoe ga je om met… narcisme?
In een drukbezochte workshop van regietheater Ervarea mogen de deelnemers zelf kiezen: met welk type cliënt zouden ze willen oefenen? Het wordt de oud-directrice van een school, altijd netjes verzorgd, gewend aan status én met narcistische kenmerken. Actrice Alice doorleeft de rol prachtig. Ze voelt zich beter dan de ander, heeft haar mening klaar, en begint al bij de voordeur met kritiek. Hoe ga je daarmee om als zorgprofessional? Als snel blijkt: verdedigen werkt niet. Grenzen stellen wel. Je mag dus aangeven dat je het niet prettig vindt, wat ze zegt. En complimenten geven werkt ook. Maar let op: niet te overdreven, wel subtiel.
>> Bekijk de tipkaartjes voor bejegening van iemand met …
Workshop 2: Omgaan met vervuilde situaties
Je komt een woning binnen en je ruikt het: het is hier niet schoon. En niet een beetje vuil, maar heel erg. Misschien loopt er wel ongedierte. Ragna Keller en Hanne Verdouw van het team Woningvervuiling en Advies van de GGD Rotterdam laten voorbeelden zien van vervuilde of overvolle huizen. Soms liggen de blikjes tot bedhoogte door het huis, soms ligt het hele aanrecht, inclusief het gasfornuis bedekt met afval, soms moet je bukkend door het huis over de opgestapelde dozen. De vraag is wanneer je ingrijpt.

Ragna en Hanne benadrukken dat je als zorgverlener een grens moet stellen als je je werk niet kunt doen. Vragen die daarbij helpen:
• Wie heeft last van deze woonsituatie?
• Is de situatie onveilig of gevaarlijk?
• Kan ik mijn werk doen of kan ik hier voorwaarden voor creëren, zoals een schoon hoekje voor het insulinespuiten of om kousen aan te trekken?
• Kan ik vannacht slapen als ik deze cliënt zo achterlaat?
Er zijn allerlei mogelijkheden om in te grijpen. Rechterlijke machtigingen of de woningwet, maar ook zachtere maatregelen, zoals een dierenwelzijnswerker die cliënten hun dieren leert verzorgen. ‘Dus, modder niet te lang door. Overleg met jouw contactpersoon bij de gemeente of mail ons met jouw vraag.’
Workshop 3: Omgaan met mensen die geen zorg willen
Er zijn mensen die zorg mijden of zelf niet in staat zijn om zorg te vragen, terwijl ze die wel nodig hebben. Dan is het goed om je toch te bemoeien met hun zorg. Wat is ‘bemoei- of verplichte zorg’ en hoe verhoudt zich dat tot eigen regie? Psychiater Caroline Verheijde vertelt dat bemoeizorg zeker nodig kan zijn, omdat de situatie anders alleen maar erger wordt. In de nieuwe Wet verplichte ggz kan de verplichte zorg vanaf 1 januari 2020 ook ambulant plaatsvinden (poliklinisch, in beschermende woonvorm of bij iemand thuis). Deze zorg wordt ingezet voor personen bij wie hun gedrag, voortkomend uit de psychische stoornis, leidt tot ernstig nadeel voor de persoon zelf of voor anderen, én verplichte zorg de enige manier is om dat ernstige nadeel weg te nemen. Een aantal uitgangspunten van deze wet zijn:
• Zorgwet in plaats van opnamewet.
• Ultimum remedium: terugdringen dwang en drang, beperken van de duur van de dwangmaatregel.
• Versterken rechtspositie cliënt.
• Verhogen kwaliteit en veiligheid van zorg.
• Familie, naasten en huisarts worden in verschillende stadia zo veel mogelijk betrokken.
>> Kijk voor meer informatie over de nieuwe wetgeving op de site: www.dwangindezorg.nl.